
Julian van Norwich met in haar hand Revelations of Divine Love, het eerste nog bewaarde werk in het Engels geschreven door een vrouw. © rr
Uit de geschriften van Hadewijch kunnen slechts een paar gegevens gedistilleerd worden. Ze leefde tussen 1200 en 1260 en haar werk past in de westerse mystieke traditie. “Zij moet een ontwikkelde vrouw zijn geweest, die de Bijbel, Latijnse teksten uit de mystieke literatuur en werk van belangrijke theologen als Bernardus van Clairvaux, Willem van Saint-Thierry en Richard van St.-Victor goed kende. Ze heeft ook de geschriften van kerkvaders als Augustinus en Gregorius bestudeerd en was bovendien vertrouwd met de hoofse zeden en gebruiken uit de Franse minnelyriek”, schrijft Annette van Dijk, die daaruit concludeert dat Hadewijch een grote talenkennis moet hebben gehad. Ze was volgens haar ongetwijfeld van goede afkomst, misschien zelfs van adel.
Verder lezen?
Log in op uw Tertio account en lees meteen verder
Nog geen account? Neem een digitaal abonnement en lees meteen verder.
Of maak een Tertio proefaccount aan en lees 1 maand gratis online!
Lees ook deze artikels...

Kijken met de ogen van Rilke: ‘Rilkes cirkel’ in het Verhaerenmuseum

Poetins Rusland tart westerse logica
