“Een minderheidskerk die zo goed is dat ze boven haar gewicht kan boksen vond Staf Hellemans irrealistisch”, zegt Peter Jonkers (links). “We hebben gewed en ik heb glansrijk verloren.” © jvdv
“None is eigenlijk een statistisch artefact”, stelt Staf Hellemans. In surveys vraagt men naar kerkelijk lidmaatschap, geloof en kerkpraktijk. De none slaat in eerste instantie op lidmaatschap. De mensen krijgen de vraag tot welke religie ze horen, en in het Engels kun je dan ook kiezen voor ‘none’. Vandaar de term. Aanvankelijk ging het om een kleine groep. Maar vanaf de jaren 1970 in Europa en de jaren 1990 in de VS groeide die. “Sociologen, filosofen en theologen zijn zich pas na 2000 gaan afvragen wie die nones eigenlijk zijn”, zegt Hellemans. “Daarnaast spreekt men ook over no religion en non-believers. Die laatsten antwoorden negatief op de vraag naar geloof in God of hogere macht. Op dit moment gebruikt men nones voor al die categorieën samen.” Zijn oud-collega Peter Jonkers vult aan: “Nones worden in negatieve categorieën bepaald. Dat moet je corrigeren, want die mensen zijn niet ongelukkig of op zoek naar iets. In Nederland en België vormen de nones stilaan de meerderheid. Ze verschillen van de atheïsten, want die komen tot hun overtuiging vanuit een reflectieve positie. Bij de nones is die reflectie er veel minder.”
Verder lezen?
Log in op uw Tertio account en lees meteen verder
Nog geen account? Neem een digitaal abonnement en lees meteen verder.
Of maak een Tertio proefaccount aan en lees 1 maand gratis online!
Wachtwoord vergeten? Geef jouw gebruikersnaam of mailadres in en we sturen jou instructies hoe een nieuw wachtwoord aan te maken.
Lees ook deze artikels...