© Unsplash
“Als iemand overlijdt, zijn er veel mensen verdrietig. Als iemand uit de dood terugkeert, is dat er maar één”, staat op de achterflap van De ongeziene wereld. Het gebeurt regelmatig dat iemand die – bijvoorbeeld na een reanimatie – uit de dood terugkeert, helemaal niet blij is. De liefde aan de andere kant is zo overweldigend groot, dat mensen die een bijna-doodervaring (BDE) hebben gehad daar hadden willen blijven. Jan Weststeijn (1954) beschrijft in zijn boek verhalen van mensen met dat soort ervaring en de allesbepalende rol van liefde. Maar nog vaak blijven zulke verhalen onbegrepen. “Als je geen ongeziene wereld ervaart, dan is het logisch dat je iemand die beweert dat er zoiets als een ongeziene wereld is, niet zomaar gelijk geeft. En als je de ongeziene wereld wel hebt ervaren, dan is het al even logisch dat je dat niet zomaar als fantasie kunt wegredeneren. In dit boek probeer ik deze kloof te overbruggen”, schrijft Weststeijn. Hij vertrekt van de stelling dat er vanuit de ongeziene wereld altijd hulp is die wordt gegeven uit liefde. Die liefdevolle hulpverleners hoeven tijdens een BDE evenwel niet meteen zichtbaar te zijn. Veel hangt af van de eigen overtuigingen met betrekking tot die ongeziene wereld.
Verder lezen?
Log in op uw Tertio account en lees meteen verder
Nog geen account? Neem een digitaal abonnement en lees meteen verder.
Of maak een Tertio proefaccount aan en lees 1 maand gratis online!
Lees ook deze artikels...