Heinrich von Agnelli, Romeo en Julia, circa 1871. © rr
Piccolomini (1405-1464) schreef het werk over de overspelige liefde tussen de Duitse edelman Euryalus en de ongelukkig getrouwde, maar aantrekkelijke Lucretia in 1444. Het zou hem na zijn verkiezing tot paus blijven achtervolgen en werd hem door zijn tegenstanders keer op keer voor de voeten geworpen. Nog in 1463, een jaar voor zijn dood, schreef de man die minstens twee kinderen verwekte: “Ik schaam me diep om mijn misstap. Was alles wat verschenen is maar verborgen gebleven!” De hoop dat zijn novelle verloren zou gaan of vergeten zou raken, bleek een ijdele hoop. Dankzij de boekdrukkunst had de vertelling in verschillende Europese landen immers allang haar weg gevonden.
Verder lezen?
Log in op uw Tertio account en lees meteen verder
Nog geen account? Neem een digitaal abonnement en lees meteen verder.
Of maak een Tertio proefaccount aan en lees 1 maand gratis online!
Lees ook deze artikels...
Verhalen over de transitie van religieuze plekken
Schilderijen over Franciscus Xaverius worden gerestaureerd


