Ook koning Filip had dat begrepen. Hij kreeg een videoboodschap van leerlingen van Sancta Maria Leuven. In de video, opgenomen in een kapel, stelde een van de jongeren Kants oude vraag op een nieuwe en kernachtige manier: “Wij vragen u uit het diepst van ons hart: gelooft u dat er nog hoop is?” De koning maakte hoop tot de kern van zijn kerstboodschap. “Het is een illusie dat we oorlogen en lijden volledig kunnen bannen”, antwoordde de vorst, “maar we moeten blijven hopen.”
Belofte
In een grimmige wereld vol geopolitieke onzekerheden en klimaatverandering lijkt spreken over hoop onrealistisch escapisme. Er heerst een sfeer van desillusie, angst en ontmoediging. Begrijpelijk, maar dat helpt ons niet verder. “De ecologie mag niet enkel boetedoening zijn. Ze moet een weg vinden om het leven, de hoop en de toekomst te vieren. Ze moet een belofte worden, geen bedreiging”, aldus de Franse theologe Christine Pedotti. Dat geldt evenzeer voor alle andere bedreigingen. Hoop halen we uit een belofte. Daar komt dan weer de energie om te veranderen uit voort.
Dat brengt ons bij de vraag van een miljoen: waar vinden we vaste grond voor die hoopgevende belofte? Want die kan toch net zo goed ijdel, irrealistisch of vluchtig zijn? Zelfs de Bijbelse mens heeft het daar lastig mee. Abraham wil de stamvader van een groot volk worden, maar Sarah blijft kinderloos. Wanneer hij het niet meer ziet zitten, vraagt God hem in de nacht naar de sterren – omhoog – te kijken. Echte hoop bestaat enkel bij de gratie van het transcendente.
Bij Jezus is dat nog duidelijker. Het ‘uw Rijk kome’ van het Onze Vader is de belofte dat de aardse rijken van macht en onderdrukking niet de eindterm zijn. Die belofte is bron van hoop. In de brief aan de Hebreeën klinkt het zo: “De hoop is ons anker naar God.” Een schitterend beeld: in de wanhoop van de storm kunnen we het anker van de hoop uitgooien naar vaste grond. We hoeven geen producenten van onze hoop te zijn: die wordt ons geschonken. Een cadeau van God, net als geloof en liefde.
Jubeljaar
Paus Franciscus had geen beter thema voor het Jubeljaar kunnen kiezen dan Pelgrims van de Hoop. De formulering werkt verbindend; hopen we niet allemaal dat onze levenstocht de moeite waard is? Deze eerste Tertio van het nieuwe jaar is doordesemd van hoopvolle gesprekken en reportages. Om moed en veerkracht te vinden en te weten dat het niet allemaal alleen van ons afhangt.
Volgens de eerste brief van Petrus zijn christenen “getuigen van de hoop die in hen leeft”. Na het jaar van Godvergeten en de vele problemen in de Kerk is dat niet evident. Ook in de kerkgemeenschap is er ontmoediging en dreigt wanhoop en resignatie. Dit Jubeljaar roept christenen dan ook op om het anker van de hoop, en daarmee ook de vreugdevolle belofte van het evangelie, te herontdekken en die te delen met de wereld.

Meer opinies van
Johan Van der Vloet